Eerste en Tweede kamer
Het parlement ofwel Staten-Generaal (Eerste en Tweede Kamer) is de volksvertegenwoordiging op landelijk niveau.
De Eerste Kamer ofwel Senaat wordt niet rechtstreeks gekozen door de bevolking. De bevolking kiest eerst de leden voor de Provinciale Staten en zij weer de volksvertegenwoordiging van de provincie. Daarna kiezen de leden van de Provinciale Staten de leden van de Eerste Kamer. De leden van de Eerste Kamer worden dus gekozen via indirecte verkiezingen. De Tweede Kamer wordt via directe verkiezingen gekozen.
Verkiezingen Tweede Kamer
Het mogen stemmen in Nederland heet actief stemrecht. Het recht om gekozen te kunnen worden heet passief stemrecht. Nederland kent het algemeen kiesrecht: actief en passief kiesrecht voor vrouwen en mannen.
In 1970 is in Nederland de opkomstplicht afgeschaft, nu is het dus niet meer verplicht om te stemmen. Er is dus geen stemplicht.
Wat gebeurt er voor, tijdens en na de verkiezingen:
- Elke politieke partij moet een kandidatenlijst indienen.
- Er wordt campagne gevoerd. Vaak hebben politieke partijen een slogan voor de verkiezingen. Naast campagne voeren worden er ook veel debatten gevoerd.
- Elke kiesgerechtigde ontvangt een oproepkaart.
- Op de dag van de verkiezingen gaat de kiezer naar het stembureau en krijgt na het afgeven van zijn oproepkaart een stembiljet.
- De kiezer neemt zijn stembiljet mee het kieshokje in en maakt het hokje waar hij op stemt rood.
- Het Centraal Stembureau stelt vast hoeveel stemmen op elke partij en op elke kandidaat zijn uitgebracht.
- De kiesdeler worden uitgerekend om te weten te komen hoeveel zetels elke partij heeft behaald.
- De nieuwe Tweede Kamer is gekozen.
- Er wordt gekeken of de kandidaten voor de Tweede Kamer geen banen hebben die niet samen kan gaan met het lidmaatschap van de Tweede Kamer. Zo mag je bijvoorbeeld niet lid zijn van de Tweede Kamer en van de Raad van State, of lid zijn van de Rekenkamer of lid zijn van de Hoge Raad.
- Iedere politieke partij krijgt een aantal zetels in de Tweede Kamer. Zo’n groepje mensen in de Tweede Kamer namens een partij noemen we een fractie. Deze fractie staat onder leiding van de fractievoorzitter. Fracties die leden van hun politieke partij in het dagelijks bestuur hebben noemen we coalitiefracties. De andere partijen noemen we oppositiefracties.
Taken en rechten van de Tweede Kamer
Controleren (van ministers)
Vragenrecht: altijd vragen mogen stellen aan de ministers en staatssecretarissen.
Recht van interpellatie: ze mogen een minister ter verantwoording roepen. Het gaat dan over onderwerpen die niet in de agenda staan.
Recht van motie: een verzoek aan de minister om iets te doen of juist niet te doen.
Recht van enquête: als een situatie niet wordt vertrouwd dan kan de Tweede Kamer een onafhankelijk onderzoek instellen naar ministers en eventueel de bijbehorende ambtenaren.
Medewetgeving
Budgetrecht: ze moeten instemmen met plannen die gaan over inkomsten en uitgaven.
Stemrecht: ze hebben het recht over elk plan en wetsvoorstel hun stem uit te brengen.
Recht van initiatief: alle leden van de Tweede Kamer mogen ook een eigen wetsvoorstel of beleidsplan indienen. Hiervoor moeten zij wel een meerderheid aan steun zien te krijgen.
Recht van amendement: de Tweede Kamer mag wijzigingen voorstellen met betrekking tot een wetsvoorstel.
Taken en rechten Eerste Kamer
De Eerste kamer heeft 75 leden en dezelfde taken als de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft wel het: vragenrecht, recht van interpellatie, recht van motie, recht van enquête, budgetrecht en stemrecht. Maar niet het: recht van initiatief en recht van amendement.
Maak jouw eigen website met JouwWeb